Sow for yourself righteousness, reap the fruit of steadfast love; break up your fallow ground, for it is the time to seek the Lord, that He may come and rain salvation upon you (Hosea 10:12).

zondag 9 maart 2014

Essentie

Als je fotografeert, dan hou je je ogen altijd open. Bedacht op mooie plekjes, bijzondere bloemen of een fantastische zonsopkomst. Want de schepping is prachtig en er zijn al heel wat mooie momentopnamen vastgelegd. En er blijft altijd nog meer te ontdekken over.

Toch kun je je afvragen of dat wel recht doet aan de werkelijkheid. Het leven bestaat namelijk niet alleen uit mooie plaatjes. Het bijzondere valt alleen op tegen de omgeving van het gewone. Het fantastische heeft als decor het alledaagse, daarom wordt je oog er naar toe getrokken.

We leven momenteel in de zogenaamde veertigdagentijd of de lijdensweken, op weg naar de herdenking van Goede Vrijdag en Pasen, de cruciale momenten in het leven van Jezus van Nazareth, uitlopend op Zijn dood en opstanding. Veel christenen staan hier bij stil, sommigen laten dat gepaard gaan met het elke dag lezen van Bijbelteksten uit het evangelie of lassen een periode van vasten in.

Het gaat mij nu niet om de vorm, daar mag iedereen zelf zijn weg in zoeken, maar ik wil aandacht vragen voor die 'aandacht'. Want het is inderdaad goed en nodig om af en toe op de rem te trappen. Zeker. Jezelf even tot stilstand te laten komen in de mallemolen van het leven. Aandacht te hebben voor de kern van het leven. In te keren tot je eigen diepste overtuigingen en beweegredenen, waarom je dingen doet, waarom je bent wie je bent.

En dat vervolgens te ijken aan het meest paradoxale, onbegrijpelijke raakpunt van de tijd en de eeuwigheid.
Het kruispunt.
Want, er gebeurde iets.
Toen.
Dat ons nog steeds wat zeggen wil.
Dat raakt.
Dat verwart.
Dat tegenspraak oproept.
Dat impact heeft.
Dat nog steeds uitwerking heeft.
Nu.

Even.
Stil zijn.
Stil staan.
Bij de essentie.

Geloof ik het?
Geloof ik het nog?
Weet ik het?
Weet ik het wel zeker?


Als je dat wilt doen, dat ijken, dan moet je even alles los durven laten.
Laten gaan.
Alle omhulsels en versieringen.
Alle overbodigheid.
Alle tierelantijntjes.
Alle ballast.
Alle verduisteringen en belemmeringen.
Terug naar de kern.
Geconfronteerd met je eigen ik.

Even de woestijn in.
In de kilte van de nacht.
Onder een verre hemel.
Onopgesmukt.

Maar wat is dan de kern?
De essentie?
Wat blijft er van je over?
Daar, dan?
Alleen?
Wie ben je als alles wegvalt?

Alleen de vragen blijven over.
Ze klinken hol in de verte, de echo sterft weg.
Er komt geen antwoord.
Soms kan het zomaar tot je doordringen.
Stof, dat ben je.
Niks dan stof.
Zand in de woestijn.
Lucht.
Een ademtocht.
In alle eerlijkheid.
In alle redelijkheid.
Zonder alle overbodige gedoe.
Zonder alle bezigheden.

Niets.

Confronterend.
Alarmerend.
Shockerend.

En toch.
Zelfs in de diepste nacht.
Op de meest eenzame plaats.
Helemaal alleen gelaten.
Kan je oog zo maar vallen op een flonkerende ster aan de uitgestrekte hemel.
Dat een ster flonkert, betekent dat er ergens licht is.
En dat jouw oog die ster ziet, betekent dat ook jij gezien kunt worden.
In het allemachtig uitgestrekt universum, waarin jij verdrinkt, vervluchtigt, niets en nietig bent.

Gezien.
Geweten.
Gekend.

Niet wat je doet, wat je weet, wat je zegt, wat je bereikt hebt, wat je doel is of je dromen nog mogen zijn, zijn bepalend.
Dat is niet de essentie.
Nooit.

Maar.
Dat Iemand jou kent.
Iemand van buiten.
Buiten onze werkelijkheid.
Buiten onze tijd en ruimte.
Buiten ons voorstellingsvermogen.
Buiten onze verbeelding.
Boven onze alledaagsheid.
Een doel had.
Een idee.
Een plan.

Geen plan van kracht en almacht.
Geen geweld of overheersing.
Geen vingerknip.
Geen iets uit niets.
Geen bombarie.

Maar tederheid.
En mededogen.
Voorkeur voor het zwakke.
Terughoudendheid.
Voorzichtigheid.
Pure liefde.
Breekbaar.
Kwetsbaar.

Hij gaf zichzelf.
Kwam.
Werd baby.
Mens.
Doofde het licht in zichzelf tot voor ons aanvaardbare aanschouwelijkheid.
Hij die de sterren hun plaats gaf, leerde onder ons lopen, met vallen en opstaan.
Sprak stamelend zijn eerste woordjes.
Wist alles, kende iedereen, maar luisterde naar ons.
Bewust, bedoeld, beperkt, gelimiteerd.
Hij ging de weg, stap voor stap, gaf, deelde uit, onderging, gewillig.
Tot het einde toe.

De Essentie, die alles bedacht, maakte en omvatten kan, ontledigde zichzelf.
Alles werd niets.
De Schepper liet zich door zijn schepsel ringeloren.
Het Woord hulde zich in zwijgzaamheid.
Het Leven gaf de geest.

Waarom?
Uit liefde.
Omdat Hij Liefde is.

Het leek verloren.
Maar Zijn kracht was juist de zwakheid.
Zijn oog ziet op het onooglijke.
Zijn weg gaat door het onmogelijke.
Het wil het lege vullen.
Het naakte kleden.
Stof.
Lucht.
Ons.
Stuk voor stuk.
Elk individu uniek.

Als een graankorrel stierf Hij in de aarde.
Het ultra-transcendente werd ultiem immanent.
De Gans Andere kwam dichterbij dan dichtbij ooit komen kan.

Hij wil de liefde geven, delen, strooien, vrucht doen dragen.
Ontledigd om te delen.
Zijn Geest schenkt nieuwe adem.
Nieuw leven uit de dood.
Elk leven geeft Hij brood.
Elke dorst laaft Hij met water.
Elke ziel maakt Hij een tempel.
Hij wil zelfs in ons wonen.

Als dat tot je doordringt.
Daar, in de woestijn.
In al je schamele leegheid.
Je aarzelende zwijgzaamheid.
Onder een donkere hemel.
In de essentie van jouw essentie, Zijn essentie.

Dan wordt je de koning te rijk.
Dan is de aarde te klein.
Dan schiet tijd tekort.
Dan is ruimte niet ruim genoeg.
Dan zijn de hoogste bergen niet hoog genoeg.

Dan wordt jouw stof sterrenstof.
Kostbaarder dan goud.
Hij schenkt je eeuwige lente.
Als dat geen perspectief biedt.
Als dat geen essentie is.
Als dat geen mysterie is.
Als dat geen kruispunt is.

Daar mag je gerust wel even bij stilstaan.
Dat gaat verder dan het leven.
Dat reikt over de dood heen.
Maar dat kunnen je ogen niet zien.
Dat kun je alleen maar geloven.
Daar kun je alleen maar van zingen.
Of juist bedremmeld over zwijgen.
Daar raak je niet over uitgedacht.
Want alle woorden schieten altijd weer te kort.

Zo essentieel.
Zo basaal.
Zo overweldigend.
Zo wereldschokkend.
Zo ten onrechte genegeerd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten